Sommige Achterhoekers gaan zwaarmoedig en sjokkend door het leven. Hebben moeizame gedachten waar je vanaf zou willen. Voor deze Achterhoekers zou ik zeggen neem een moestuin en er blijft geen moment over om nog aan iets anders te denken dan aan die ‘geweldige’ moestuin. Ik sta er krom mee op en ik ga er gebroken mee naar bed. Vanaf het prille voorjaar ga je zuchtend door het leven omdat je de hof moest ‘umspajen’ om te beginnen. Ik weet niet of jullie wel eens een schup hebben vastgehouden om grond om te zetten. Alles doet zeer. Je staat om de tien minuten te zuchten op de schup en dat zuchten gaat er de rest van het seizoen niet meer vanaf. Je moet zuchten als je zaailingen wreed worden weggevreten deur de ‘kniens’. 

En het is zwaar zuchten als je weer op de knieën moet voor je moestuin omdat je anders geen schijn van kans maakt tegen het oprukkende onkruid. Een dag niet opletten en onkruid heeft je moestuin overgenomen. Het is altijd te nat of te droog. De luizen en natuurlijk de polonaise van naaktslakken. Het gaat om de aangevreten romanesco. De ingedroogde aubergine. De uitgezaaide rabarber. Al die gieters water die versjouwt moeten worden.  Niets geen rare gedachten meer. Weg is je sociale leven. Vergeet de sex want dat kantoorlichaam is constant gebroken door dat wroeten. De hele dag zit ook nog dat penske in de weg. Hoe deed opa dat toch? Die zat alleen maar te lachen op een zinken emmer in zijn moestuin of een beetje voor zich uit te prakkizeren. Ik heb opa nooit wat zien doen maar zijn moestuin lag er strakker bij dan in dat boekje:”Moestuin voor beginners”

Posted in

Plaats een reactie